Op deze dag: 10 januari 1771

Gepubliceerd op 10 januari 2023 om 08:30

Afbeelding niet gerelateerd aan de Bokkenrijders: Martelingen door de Inquisitie, Caspar Jacobsz. Philips, naar Bernard Picart, 1752 - 1789, ontleend aan Rijksstudio - Rijksmuseum

Het is 10 januari. In 2022 is dat een doodgewone dag en ook in 1771 leek er in Herzogenrath weinig bijzonders te gebeuren op deze winterse dag. Wel werd er in Burg Rode, het kasteel van Herzogenrath, een jonge gevangene gemarteld: Joseph Keyser, een (ongeveer) 19-jarige paardendief uit Ubach. Hij had eind oktober 1770 een paard uit de schuur van boer Hendrik Schutz gestolen, mogelijk samen met zijn vriend Peter Muller, en was op 1 november gearresteerd toen hij probeerde de buit te verkopen en iemand het dier herkende. Keyser werd in de kraag gevat en gevangengezet in de stallen van Burg Rode. Tot zover niks bijzonders. Hij werd ondervraagd en bekende dat hij inderdaad het paard had gestolen.

Ondanks die vrijwillige bekentenis werd hij op 10 januari 1771, toen hij ruim twee maanden gevangen zat, onderworpen aan een scherpverhoor: ondervraging onder tortuur, oftewel marteling. De beul draaide de duimschroeven aan en Joseph Keyser kreeg de opdracht om te bekennen wie zijn medeplichtigen waren geweest. Dat is dan ook wat hij deed: Keyser begon zijn dorpsgenoten te beschuldigen, als eerst Peter Muller en Baltus Kirchhoffs en daarna nog een aantal anderen. 

Zo komt het balletje aan het rollen. Keysers "medeplichtigen" worden eveneens gearresteerd en onder tortuur verhoord. Ook zij beschuldigen hun dorpsgenoten en ook zij bekennen allerlei misdaden, niet alleen de paardendiefstal waar het allemaal om was begonnen. Justitie trekt een conclusie: al deze mensen moeten wel lid zijn van een enorme bende, die alle zware misdaden van de afgelopen tien jaar op de kerfstok heeft. Zo komt er een reeks van arrestaties en bekentenissen op gang, die tot steeds meer en steeds wildere verhalen leidt.

Joseph Keyser en zijn vriend Peter Muller zijn zelf de grootste klikspanen. Muller beschuldigt maar liefst vijftig mensen en samen met Keyser bedenkt hij allerlei wilde verhalen, zoals dat ze een heilige monstrans onteerd zouden hebben, en dat vier van hun bewakers betrokken waren bij de bende. Tijdens het proces wordt Keyser "dien jongh" genoemd, oftewel "de jongen". Op 15 oktober 1771 wordt hij geëxecuteerd; hij is dan vermoedelijk ergens tussen de 18 en 20 jaar oud. De andere kroongetuige, Peter Muller, weet het langer uit te zingen: door zijn bekentenissen vindt het gerecht hem nuttig en wordt hij nog tot mei 1772 in leven gehouden.

Met die bekentenissen van Keyser op 10 januari begint het derde massaproces om de Bokkenrijders. Het laatste proces uit Overmaas, maar ook het zwaarste en langstdurende proces. Het duurt van 1771 tot 1777 en er worden honderden mensen beschuldigd en geëxecuteerd. Hele families worden gedood, halve dorpen worden beschuldigd. En dat alles door één jongen die een paard gestolen had en zijn mond niet kon houden.

Door Friso Bijleveld

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.