Joseph Keyser

Gepubliceerd op 3 oktober 2022 om 11:21

Joseph Keyser (ook wel ‘dien jongh’/’den jonge’, ‘den eerste gedetineerde’, Jozef Keyzer of Joseph Keijser) (Aken, c. 1751 – Herzogenrath, 15 oktober 1771) was een jongeman uit het land van Valkenburg en vermeend Bokkenrijder. Zijn arrestatie was de aanleiding van de derde vervolgingsperiode (1770-1778).

Persoonlijk leven

Over het leven van Joseph Keyser is heel weinig bekend. Hij is geboren in Aken omstreeks 1751 of 1753. Hij woont nog maar kort in Ubach als hij wordt gearresteerd voor de paardendiefstal; dan is hij ongeveer 18 jaar.

Arrestatie

Op 1 november 1770 werd Joseph Keyser gearresteerd, toen ongeveer 18 jaar oud, nadat er in Waubach een paard was gestolen uit de schuur van boer Henricus Schutz: Keyser had geprobeerd het paard in Gulik te verkopen, waar werd ontdekt dat het dier gestolen was. Hij werd opgepakt en gevangengezet in de stallen van Burg Rode. Aanvankelijk werd hij alleen ondervraagd voor de paardendiefstal, die hij gepleegd zou hebben met de hulp van Peter Müller, een vriend van hem die ook uit Ubach kwam.

Bekentenissen

Zowel Keyser als Müller bekende zonder tortuur dat ze met z'n tweeën het paard hadden gestolen. Daarna werd hij tot de tortuur veroordeeld; op 10 januari 1771 werd hij gepijnigd door middel van duimschroeven. Toen begon hij meer te bekennen: nog meer misdaden die hij zou hebben gepleegd, en de zogenaamde medeplichtigen, die ook werden gearresteerd en gepijnigd totdat zij bekenden. Als eerste noemde hij Peter Müller en Baltus Kirchhoffs, die vervolgens ook weer namen noemden. Hoewel het was begonnen met de diefstal van een paard, koppelden de vervolgers deze diefstal aan de overvallen die eerder in die streek waren gepleegd. Men geloofde dat dit het werk was van de beruchte Bokkenrijdersbende, waar decennia eerder ook al massaprocessen om waren gevoerd. Zo begon de derde vervolgingsperiode in de Bokkenrijdersprocessen. Keyser en zijn medeplichtige Peter Müller ontwikkelden zich in de daaropvolgende maanden tot spijtoptanten, oftewel kroongetuigen, en beschuldigden veel van hun dorpsgenoten. Keyser beschuldigde hierbij onder andere Baltus Kirchhoffs en “de chirurgijn van 's-Hertogenrade".

Minstens eenmaal trok Keyser zijn bekentenissen en beschuldigingen in: toen hij op 14 mei 1771 geconfronteerd werd met Dirk Jaspers, die hij ervan had beschuldigd samen met hem de pastorie te Hoengen beroofd te hebben, ontkende hij dat Jaspers en hijzelf daar schuldig aan waren. Hij voorspelde dat hij onder tortuur dezelfde bekentenissen weer zou doen, en deze buiten de tortuur zou intrekken. Bij onder anderen Gierlichs lezen we dat Joseph Keyser bang was dat hij vergiftigd zou worden door andere ‘Bokkenrijders’, omdat hij te veel namen noemde; ook bij Sleinada lezen we dat de andere ‘Bokkenrijders’ vergaderden of ze Joseph Keyser moesten vergiftigen. Over de betrouwbaarheid van deze bronnen valt echter te twisten.

Vonnis

Ondanks zijn herroepingen van zijn bekentenissen en beschuldigingen, wordt Joseph Keyser ter dood veroordeeld. Op 15 oktober 1771 wordt hij opgehangen aan de galg op de Beckenberg bij Herzogenrath ('s-Hertogenrade). Op diezelfde dag sterven nog acht anderen aan de galg: Joseph PloumWillem Ploum, Jacob Otten, Gabriël Reinarts, Peter Pauwels, Cornelis Dautsenberg, Adolf Steyns en Hendrik Steyns.


Bronnen, noten en/of referenties

Augustus, L. (1991). 'Vervolgingsbeleid en procesvoering tegen de Bokkerijders: Het ontstaan van een waandenkbeeld.' Publications de la société historique et archéologique dans le Limbourg, 127, 69-153. p. 145

Van Gehuchten, F. (2014). Bokkenrijders. De schande van Limburg. De derde en grootste bokkenrijdersvervolging, 1770-1778, Heerlen: Leon van Dorp. p. 28, 34-36, 96, 240
Van Eekelen, J. (z.d.). Bokkenrijders en hun afstammelingen > Keijzer > De Jongh uit Ubach, gefolterd, galg 1771. johnve.home.xs4all. Geraadpleegd op 11 juni 2022, van https://johnve.home.xs4all.nl/AFS_2/A274.html#293

Van Eekelen, J. (z.d.). Documenten Bokkenrijders > Processtukken > Beschuldigingen tegen Joseph Ploum en gevolgen Ubach 8 juni 1771 ••• RHCL Maastricht Hs 102. johnve.home.xs4all. Geraadpleegd op 11 juni 2022, van https://johnve.home.xs4all.nl/docop/proc0/proc_B08a.html 

Sleinada, S. J. P. (1779). Oorsprong, oorzaeke, bewys en ontdekkinge van een godlooze bezwoorne bende, nagtdieven en knevelaers, binnen de landen van overmaeze en aenpaelende landstreeken ontdekt, met een nauwkeurig getal der geexcuteerde en vlugtelingen. onbekend. p. 24-27

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.