Dirk Hersseler

Gepubliceerd op 8 oktober 2022 om 19:45

Dirk Hersseler tekende in de processtukken met een kruisje.

 

Dirk Hersseler (c. 1732, Kerpen-Eifel – 23 september 1773) is een vilder uit Neerbeek en een vermeend Bokkenrijder. Hij is de broer van de vilder Nicolaas Hersseler en de oom van Nicolaas’ zoon Philip Hersseler; beiden zijn ook als Bokkenrijders veroordeeld. Hij is de eerste veroordeelde uit Beek in de derde vervolgingsperiode. 

Persoonlijk leven 

Dirk Hersseler wordt naar eigen zeggen in 1732 geboren in Kerpen, in het graafschap Arenberg, in de Eifel. Hij maakt deel uit van een familie van vilders en wordt net als zijn broer Nicolaas, die zo'n vijftien jaar ouder is, vilder. Nicolaas verhuist naar Aken en daarna naar Heerlen; Dirk verhuist naar Schümm, bij Gangelt, dan naar Kleine Meers, in Elsloo, en vervolgens naar Neerbeek, in Beek. In dat laatste dorp woont hij vanaf 1764 tot aan zijn arrestatie in 1773. Hij trouwt op 26 november 1754 in Gangelt met Catharina Schuts. Samen krijgen ze zeven kinderen, geboren tussen 1756 en 1773. Het laatste kind wordt twee weken na Dirks arrestatie geboren en heeft zijn vader dus nooit ontmoet. 

In de processtukken tekent Dirk met een kruisje in plaats van zijn naam te schrijven; volgens de griffier kon hij niet schrijven. 

Arrestatie 

In Heerlen wordt op 1 mei 1773 Dirks broer Nicolaas met negen anderen gearresteerd, en elf dagen later wordt ook Dirks neefje Philip opgepakt. Een aantal gevangenen noemen Dirk als medeplichtige, waaronder Matthijs van de Berg en Dirks eigen broer Nicolaas Hersseler. Op 27 mei gaat een arrestatiebevel voor hem uit. Hij zag dit waarschijnlijk al aankomen na de arrestatie van zijn broer en neefje, en zit daarom ondergedoken in de baronie Elsloo, maar hij wordt desalniettemin op 3 juni gearresteerd en uitgeleverd aan het gerecht van Valkenburg, waar hij waarschijnlijk gevangen zat in het Landshuis, waar ook Nicolaas en Philip Hersseler gevangen zaten.  

Bekentenissen

Zijn eerste ondervraging en confrontaties met degenen die hem beschuldigd hebben vinden plaats op 5 juni (de dag dat ook Philip met tortuur wordt bedreigd en begint te bekennen) en 11 en 12 juni wordt hij wederom ondervraagd en met folterwerktuigen bedreigd; dan begint hij te bekennen en noemt hij vele namen, waaronder zijn broer Nicolaas, maar niet zijn neefje Philip. Hij noemt vooral mensen uit Heerlen, waar de vervolging al volop bezig is, maar vervolgens ook mensen uit zijn eigen Beek en Elsloo; op die manier sloeg het massaproces over naar deze gebieden. Op 14 juni vindt de recollectie plaats, waarbij een verdachte buiten de tortuur moet bevestigen wat hij heeft bekend, en Dirk bevestigt alles nogmaals en vraagt zelf om op 1 juli verder te worden ondervraagd. Waarschijnlijk hoopte hij door mee te werken de tortuur te vermijden en langer in leven te blijven, zoals veel andere verdachten.  

Ondanks zijn welwillende medewerking, krijgt het gerecht door andere gevangenen het idee dat Dirk nog dingen verzwijgt, en dus wordt hij op 26 en 27 juli onder tortuur verhoord, met gebruik van duimschroeven en beenschroeven. Hij ontkent in eerste instantie maar bezwijkt dan en bekent de overvallen en verkrachtingen waarvan hij beschuldigd wordt. Hij beschuldigt veel mensen uit Elsloo en Beek; in totaal noemt hij, net als zijn broer, wel honderd namen.  

Hij bekent hierbij schuldig te zijn aan een overval die nooit heeft plaatsgevonden, op het Nieuwe Huys, bij Campo achter Schimmert. Deze plaats valt onder de schepenbank Nuth. Pas in december 1773, enkele maanden na Dirks overlijden, komt men erachter dat deze overval nooit heeft plaatsgevonden; niemand had eerder de moeite genomen dit te controleren toen meerdere verdachten dit valselijk bekenden. 

Executie 

Net als bij Dirks broer Nicolaas, die enkele maanden later wordt veroordeeld, vindt het gerecht zijn misdaden te zwaar voor een “gewoon” doodsvonnis door ophanging. Hij moet, net als zijn broer, geradbraakt worden; de twee vingers van zijn rechterhand waarmee hij een eed aan de duivel heeft gezworen moeten worden afgehakt; en hij moet, net als zijn broer, worden onthoofd, zodat zijn hoofd op een piek tentoon kan worden gesteld. Op 23 september 1773 wordt hij op de Graetheide onder Beek terechtgesteld. Hij was ongeveer 41 jaar.

Referenties 

1: Van Gehuchten, F. (2014). Bokkenrijders. De schande van Limburg. De derde en grootste bokkenrijdersvervolging, 1770-1778, Heerlen: Leon van Dorp. p. 246 

2: Van Gehuchten, F. (2014). Bokkenrijders. De schande van Limburg. De derde en grootste bokkenrijdersvervolging, 1770-1778, Heerlen: Leon van Dorp. p. 99-102 

3: Van Eekelen, J. (z.d.). Bokkenrijders en afstammelingen > Hersseler, Dirk > Dirk Hersseler, vilder in Neerbeek, gefolterd, executie 1773. Johnve.home.xs4all. Geraadpleegd op 8 oktober 2022, van https://johnve.home.xs4all.nl/AFS_2/A226.html#226  

4: Van Eekelen, J. (z.d.). Bokkenrijders en afstammelingen > Hersseler, Philip > Philip Hersseler, vilder in Heerlerheide, gefolterd, galg 1773. johnve.home.xs4all. Geraadpleegd op 7 oktober 2022, van https://johnve.home.xs4all.nl/AFS_2/A226.html#228  

5: Van Eekelen, J. (z.d.). Bokkenrijders en afstammelingen > Hersseler, Nicolaas > Nicolaes Hersseler, vilder in Heerlerheide, gefolterd, executie 1773. johnve.home.xs4all. Geraadpleegd op 7 oktober 2022, van https://johnve.home.xs4all.nl/AFS_2/A226.html#227 

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.