Hendrik Ponts

Gepubliceerd op 27 oktober 2022 om 18:30

Hendrik Ponts (23 mei 1718, Hoensbroek - Onbekend) was een vilder en vermeend Bokkenrijder, zoon van vermeend bendeleider Mathijs Ponts, die ook vilder was. Hendrik wist te vluchten.

Persoonlijk leven

Op 23 mei 1718 werd Hendrik gedoopt als Henricus Ponts in de kleine Sint-Janskerk in Hoensbroek. Hij was de derde zoon van Mathijs Ponts en Barbara Bemelmans. Met zijn broers en zussen (Ida, Johannes, Peter, Gertrudis, Maria, Margaretha, Matthias en Reinerus) groeide hij op aan de Akerstraat in Hoensbroek. Van zijn vader leerde hij het vak van vilder. Rond zijn 25e wordt hij beschreven als: "redelijk lang van postuur, wel gezet rond het aangezicht en bleekachtig van kleur, zwart heel recht haar, blauwe ogen, grote en puntachtige neus, stevig van armen en benen, oud in de twintig jaren" door zijn zwager Johannes Honoffs.

In mei 1741, rond Hendriks 23e verjaardag, veroorzaakten hij en zijn broer Peter samen met een vreemdeling een vechtpartij in de herberg van Christiaan La Haye, gelegen naast hun huis. De vreemdeling werd gearresteerd en verbannen uit Hoensbroek; Hendriks vader Mathijs moest voor de proceskosten opdraaien, maar verder lijkt het erop dat Peter en Hendrik hier geen problemen mee kregen.

Beschuldigingen

Nog voor de Bokkenrijdersprocessen van start gingen, op 9 of 10 maart 1742, werd Hendrik al eens gearresteerd in Aldenhoven, waarna hij een paar weken in het hertogdom Gulik gevangen zit. Daarna keert hij terug naar zijn ouderlijk huis in Hoensbroek. Andere verdachten van de Bokkenrijdersbende noemen hem begin 1743 vaak als medeplichtige; hij zou samen met zijn vader en zijn broers Johannes en Peter hebben deelgenomen aan verscheidene overvallen. Mogelijk zijn die beschuldigingen de reden dat hij al in januari weer vlucht uit Hoensbroek. Waarschijnlijk zwerft hij in die tijd rond door de streek, net als zijn broer Johannes, die is ontsnapt uit de gevangenis. Als op 10 april Mathijs, Peter en Maria worden gearresteerd in hun huis aan de Akerstraat, is Hendrik nergens te bekennen; hij wordt de rest van zijn leven niet meer gevonden en weet zo een proces te vermijden.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.