Willem Ploum

Gepubliceerd op 15 oktober 2022 om 12:00

Willem Ploum (ook wel 'Vivats Willem') (? - 15 oktober 1771, Herzogenrath) was de herbergier van herberg 'Vivat' en een vermeend Bokkenrijder. Hij werd relatief vroeg in de derde vervolgingsperiode van Overmaas beschuldigd.

Persoonlijk leven

Over het leven van Willem Ploum is relatief weinig bekend, maar uit de processen weten we dat hij getrouwd is en een dochter had met de naam Maria Elisabeth Ploum. In Merkstein was op 5 februari 1747 een Willem Ploum getrouwd met Catharina Savelsberg; hun oudste dochter heette Maria Elisabeth. De kans is dus groot dat dit dezelfde Willem Ploum was, hoewel er vrij veel Ploums in die streek woonden. In dat geval zou Willem Ploum vijf kinderen hebben, geboren tussen 1747 en 1763. Voor zover bekend is hij geen familie van de Joseph Ploum die tegelijk met hem als Bokkenrijder werd veroordeeld.

Willem Ploum had een herberg genaamd de 'Vivat', gelegen aan de Akerstraat in een bosachtig gebied tussen Ubach en Merkstein. Leonard Ploum, die enige tijd voor hem gearresteerd was als verdachte, vertelde dat hij de Vivat een keer bezocht zou hebben, "hoosen gestrikt hebbende" voor de huisvrouw van Willem Ploum.

Hij werd beschreven als een rossige man.

Proces

Er is weinig bewaard gebleven van Ploums dossier; dat kan betekenen dat hij geen bekentenis heeft afgelegd of zijn bekentenissen heeft herroepen, maar ook dat het dossier simpelweg de tand des tijds niet heeft doorstaan. Al op 10 januari 1771, bij het eerste scherpverhoor van de verdachte Joseph Keyser, wordt zijn naam genoemd. In het voorjaar wordt hij gearresteerd. Op 9 september vindt zijn scherpverhoor plaats en op 11 september de recollectie. Daarna volgt een doodvonnis. Op 15 oktober wordt hij opgehangen aan de galg op de Beckenberg te Herzogenrath, samen met acht anderen: Joseph Keyser, Joseph Ploum (voor zover bekend geen familie), Jacob Otten, Gabriël Reinarts, Peter Pauwels, Cornelis Dautsenberg, Adolf Steyns en Hendrik Steyns

Willem Ploum werd vaak neergezet als een van de kopstukken uit de bende, één van de leiders. Zijn herberg zou een van de plaatsen zijn waar de Bokkenrijders vaak samenkwamen en waar gestolen goed werd verkocht. Zelf zou hij te paard aan de overvallen hebben meegenomen, net als met de vermeende leider Joseph Kirchhoffs. Als gevolg van deze verdenkingen, spelen Willem Ploum en zijn herberg vaak een rol in boeken over de Bokkenrijders. Na zijn proces en zijn dood werd de herberg afgebroken. De kans bestaat dat hiermee zijn vrouw en kind(eren) hun inkomstenbron verloren; als iemand gearresteerd werd, legde de schepenbank ook beslag op de bezittingen.

Van Eekelen, J. (z.d.). Bokkenrijders en afstammelingen > Ploum, Willem > Vivats Willem, herbergier in Merkstein, gefolterd, galg 1771. Johnve.home.xs4all. Geraadpleegd op 12 oktober 2022, van https://johnve.home.xs4all.nl/AFS_4/A426.html#428 

Ramaekers, G. & Pasing, T. (1972) De woeste avonturen van de Bokkerijders, Uitgeverij Limburgs Dagblad: Heerlen. p. 86

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.